Terug
"Vroeger, hierzo in deze buurt zaten er een hoop jongeren, die hadden allemaal zo’n zendbakkie en dan kon je met elkaar praten en muziek draaien op de radio. Dat was wel leuk."
"Ja, mooie herinneringen heb je altijd van, vooral met dat Opzoomer Mee. En heel vaak in de zomer, zitten we buiten. Ik heb een tuin, maar ik zit heel weinig in de tuin. Ik zit meer aan de voorkant."
"Ik maak met zoveel mensen een praatje."
"Nou kijk, ik ben een type, ik praat graag met iedereen, maak een praatje en als ze mijn hulp nodig hebben, dan ben ik er, maar voor de rest op mijn eigen. En zo heb ik eigenlijk altijd hier in Hordijkerveld geleefd en dat gaat gewoon goed."
"Rotterdam en Odessa hebben iets met elkaar te maken. Onze cultuur, emancipatie, vrijheid in de denkwijze, in alles, dus dat was niet moeilijk, dat was uitdagend."
"Dus het is eigenlijk alles wat je wil, heb je gewoon hier in de buurt. En vooral groen en water. Het is gewoon een heel fijne wijk om in te wonen."
"Zo is het leven zeggen ze weleens, het is hard. Je vraagt er niet om, maar je krijgt het allemaal voor niks."
"En die begon vreselijk te schreeuwen en toen gebruikte ik mijn haventaal om er even tegenin te gaan."
"Het was een groot weiland. Er waren geen scholen, geen kerken, echt helemaal niets."
"Ik was gelijk verliefd op het huis, met een voortuin, een achtertuin. Ik had het gevoel alsof ik elke dag vakantie had."
"Dus ik ben een van de weinige Marokkanen die Fries spreekt. Hoe bijzonder is dat?"
"Mijn ouders zijn trots op alle kinderen."
"Dit is echt een land van kansen. Als je om je heen kijkt, zie je zoveel Marokkanen die hun plek hebben: burgemeesters, directeur van de Euromast, voetballers, cabaretiers."
"Mijn vader zei: ik kan niet tien monden in mijn eentje voeden."
"Ik kwam in oktober 1990 naar Nederland. Er was geen werk meer in Marokko."
© 2024 Verhalen van Rotterdammers | Website door Mediabreed