Hij groeide op in een groot gezin, met vijf broers en zes zussen in Asilah, vlakbij Tanger. Zijn vader werkte bij het Spaanse consulaat en komt oorspronkelijk uit de bergen, vlakbij Nador. Zijn moeder heeft haar wortels eveneens in de bergen, bij Al Hoceima in de buurt, waar haar vader veel grond had. Toen hij overleed, vertrok ze naar Asilah, waar haar vader kennissen had. Daar trouwde ze met Abdelsalams vader. Eigenlijk zou Abdelsalam in Frankrijk verder gaan studeren. In Marokko had hij al Arabisch en Frans gestudeerd. Zijn vader had alles geregeld, de school, een huis. ,,Ik heb een nachtje daar geslapen en kom naar Brussel, naar familie. En zij zeggen: wij gaan naar Nederland. Ik zeg: ik ga ook naar Nederland kijken. En dan ben ik hier gebleven.’’ Dat was in 1978. Via Hilversum en Hoorn – waar hij werkte als stratenmaker en gas- en waterleidingen hielp aanleggen, belandde hij in 1980 in Rotterdam. Daar deed hij allerlei baantjes. Abdelsalam werkte op de markt, bij een slager, als schoonmaker. Hij woonde op Zuid, eerst in Charlois, nu in de Afrikaanderwijk.
Momenteel werkt hij voor de gemeente Rotterdam bij Piekfijn, is hij getrouwd en heeft hij een dochter van veertien jaar en een zoon van elf jaar. Alle vrije dagen spaart hij op voor zijn jaarlijkse reis naar Marokko, waar de hele familie samenkomt en waar zijn ouders nog steeds wonen. Zijn vader is 90 jaar, zijn moeder 78 jaar. ,,Mijn ouders zijn trots op alle kinderen.’’
"Mijn ouders zijn trots op alle kinderen."
Abdelsalam Ashad (1959, Asilah, Marokko)
Dit verhaal is onderdeel van luistervoorstelling: Sahbi, Marokkaanse vrienden vertellen.
En onderdeel van de collectie: Marokkaanse migratieverhalen.
En onderdeel van de collectie: Marokkaanse migratieverhalen.
Deel dit verhaal
Credits
Techniek/editing: Laura Schalkwijk
Interviewer: Linda Malherbe
Muziek: Marlies du Mosch
Ondersteund door: Joop Reijngoud
Techniek/editing: Laura Schalkwijk
Interviewer: Linda Malherbe
Muziek: Marlies du Mosch
Ondersteund door: Joop Reijngoud