Terug
 
"De ziel van de wederopbouw, dat is knokken tot je er weer bovenop komt.’’
Dit verhaal is onderdeel van luistervoorstelling: Aflevering #1: Spelen in de leegte.
En onderdeel van de collectie: Rotterdam, de ziel van de Wederopbouw.

Erik Bakema (19 oktober 1944, Groningen

Zijn ouders vluchtten in de oorlog naar Groningen, maar keerden in 1946 meteen weer naar Rotterdam; daar was het meeste werk. Uiteindelijk leidde zijn vader Jaap Bakema een van de grootste architectenbureaus – Van den Broek & Bakema – in Rotterdam en was verantwoordelijk voor de Lijnbaan, Termeulen en de energiemanifestatie E55, waar Erik als jongen stond te schilderen naast Wally Elenbaas in de stijl van Karel Appel, die vaak bij hen thuiskwam. Hij werd zelf ook architect en bemoeide zich met onder meer met de stadsvernieuwing.

 

Meer verhalen met
Onderwerp: Oorlog  Wederopbouw  
Deel dit verhaal
Credits
Techniek/editing: Nikita Van Hoogstraten
Interviewer:
Muziek:
Ondersteund door:
Meer vertellers uit deze luistervoorstelling
"Ik ben in Rotterdam verankerd.’’
"Met dat heien ben ik opgegroeid, van het geluid krijg ik haast zo’n baarmoedergevoel.’’
"Ik heb de stad zien verbranden, maar ik heb ‘m ook weer opgebouwd zien worden.’’
"Dit is een stad met heel veel geluid, alleen al het ritme, het gebonk, de hartklop van Zadkine.’’
"Uiteindelijk kregen we een douche in huis, maar niemand wist hoe het werkte.’’
"Ik ben ooit vier weken weg geweest. Ik ging huilen van heimwee naar Rotterdam. Zo thuis voel ik me hier.’’
"Vanaf de Kralingse plas zie ik Rotterdam liggen en denk ik: dat is de skyline van een wereldstad.’’
"De ziel van Rotterdam is voor mij de Maas.’’
"Ik zag in een keer een hele grote stofwolk. Een groot stuk van de pilaar van de oude Bijenkorf viel naar beneden. Ze waren aan het slopen"
"De stad Rotterdam bruist op een hele down to Earth manier. Mensen zijn hier niet arrogant, maar juist erg nuchter"
"Ik vind het altijd een stad waar je altijd goed kan ademen. Een stad van vele mogelijkheden"
"Mijn vader ging op het dak kijken naar het bombardement, want op het laatst was iedereen er natuurlijk aan gewend"
"De stad was vroeger ’s avonds uitgestorven. Nu bruist het veel meer.’’
"Er wordt over Rotterdam gesproken als mijn trots, ja inderdaad mijn trots"
"De wereld was er niet, Rotterdam was er. Het was een gapend gat"
"Ik ben Kaapverdiaans, maar ook Rotterdammer. Dit is mijn stad.’’
"De Hogeschool Rotterdam heeft mijn leven veranderd, daar heb ik mezelf ontdekt.’’
"Rotterdam was altijd bezig om te bouwen, die wederopbouw voelde je als het ware in je lijf.’’
"Heel het Weena stond vol met rozen, Queen Elizabeth. Dat was een fantastisch gezicht.’’
"Wij hebben hier een burgemeester gehad die zei: Wat mot, mot en wat niet kan mot ook. En daar gingen we ook allemaal voor"
© 2024 Verhalen van Rotterdammers | Website door Mediabreed