Terug
“Hij maakte een basisolie voor Syrië en een eigen geur voor zijn dorp. Hij kon gelijk zeggen: deze olie is patchouli, of deze olie is roos.”
"Als ik een zoon had gehad, dan had ik hem Titus genoemd."
"Op een gegeven moment in restaurant King’s Garden, bleken wij eigenlijk de sociale hoek van alle restaurants... Iedereen kwam daar binnen, bij mij om belastingpapiertjes in te vullen, dan dat weer in te vullen, zus in te vullen. Want ik sprak Chinees en ik sprak Hollands."
© 2024 Verhalen van Rotterdammers | Website door Mediabreed